In een recent persbericht was al bekend gemaakt dat de combinatie van osimertinib (osi) en chemotherapie (carboplatin/cisplatin plus pemetrexed) in de FLAURA2-studie een significante overlevingswinst gaf in vergelijking met osi-monotherapie. Dr. David Planchard (Gustave Roussy, Frankrijk) presenteerde tijdens WCLC 2025 de gedetailleerde overlevingsdata.
Patiënten met gevorderd NSCLC met EGFR-mutaties (19del/L858R) werden gerandomiseerd tussen de osi-chemo combinatie (n=279) of osi-monotherapie (n=298) als eerstelijnsbehandeling. Volgens de finale analyse was de mediane OS in de osi-chemo arm significant langer dan in de osi-monotherapie arm: 47,5 vs. 37,6 maanden (HR 0,77; p=0,02). Na 36 maanden was resp. 63% en 51% in leven. Het overlevingsvoordeel voor de osi-chemo combi kwam consistent terug in tal van vooraf gedefinieerde subgroepen.
Planchard benadrukte dat patiënten in de osi-chemo arm een lange chemovrije periode hadden omdat de mediane behandelduur voor osi 30,5 maanden was tegenover slechts 8,3 maanden voor pemetrexed. De meest toegepaste eerstvolgende behandeling na progressie op de gerandomiseerde behandeling was standaard chemotherapie, 44% in de osi-chemo arm en 72% in de osi-monotherapie arm.
Eerder is al gerapporteerd dat osi-chemo op het primaire eindpunt mediane PFS superieur was aan osi-monotherapie (25,5 vs. 16,7 maanden; HR 0,62; p<0,001). De twee jaar langere follow-up in vergelijking met de primaire analyse liet onveranderde en hanteerbare veiligheidsprofielen zien.
Volgens de onderzoekers bevestigen de overtuigende OS-uitkomsten van FLAURA2 aan dat de osi-chemo combinatie de eerstelijnsstandaard is voor gevorderd mEGFR-NSCLC. De mediane OS van 47,5 maanden is de langste tot nu gerapporteerde OS in fase 3-studies in deze patiëntenpopulatie.
Referentie
Planchard D, et al. WCLC 2025, abstract PL06.02
